Angst te lijf met kunstzinnige therapie

Door Redactie - In: diversen, geestelijke gezondheid - 18 oktober 2019

Tekst Kalle Heesen | Beeld Markus Spiske / Unsplash


Zo’n twee jaar geleden riep het lectoraat, onder andere via het ledenmagazine van Antroposana, mensen met angstklachten op om deel te nemen aan een onderzoek. Doel was om te kijken of kunstzinnige therapie werkt bij mensen met angstklachten. Inmiddels heeft onderzoeker Annemarie Abbing het onderzoek afgerond.

Angst te lijf met kunstzinnige therapie

Annemarie, waarom startten jullie dit onderzoek?

‘Eén op de vijf mensen krijgt in haar of zijn leven te maken met angstklachten. Terwijl de standaardbehandeling van cognitieve gedragstherapie en/of medicatie, niet bij iedereen blijkt te werken. Kunstzinnig therapeuten hebben het lectoraat via een enquête aangegeven dat kunstzinnige therapie goed ingezet kan worden bij angstklachten. Daarom zijn we daar nader wetenschappelijk onderzoek naar gaan doen.’

Interessant, maar hoe onderzoek je zoiets?

‘Van de honderd mensen die zich opgaven, veelal vrouwen, waren er zestig geschikt om deel te nemen aan het onderzoek. Bij die mensen werd willekeurig bepaald of ze therapie kregen of niet. Zo ontstond ook een controlegroep. De therapie duurde drie maanden. Bij beide groepen hebben we zowel voor als na die periode een heel aantal onderzoeken gedaan, zodat we de uitkomsten van de groepen goed met elkaar konden vergelijken. Zo hebben we alle patiënten verzocht om vragenlijsten in te vullen, hebben we met computertaken gemeten of de therapie van invloed was op bepaalde cognitieve prestaties en hebben we hartslagmetingen gedaan bij de mensen thuis om te kijken of de therapie van invloed was op het stressniveau.’

En… werkt kunstzinnige therapie als interventie bij angststoornissen?

‘Als onderzoeker moet ik hierop met een voorzichtig ‘ja’ antwoorden: met dit onderzoek kregen we zicht op de eerste aanwijzingen voor de effectiviteit. Wat we zagen is dat bij de groep die therapie kreeg een aantal zaken duidelijk verbeterden ten opzichte van de metingen die we deden voordat de therapie aanving. Die veranderingen traden niet op bij de mensen in de controlegroep.’

Wat verbeterde er dan precies?

Uit de metingen kwam naar voren dat de ernst van hun angstklachten duidelijk verminderde. Deelnemers konden na de therapie beter met hun emoties omgaan en hun dagelijks functioneren verbeterde eveneens. Ook de kwaliteit van leven nam toe en er zijn aanwijzingen dat de therapie ook bijdraagt aan een lager stressniveau. Het is bijzonder om je daarbij te realiseren dat deze vrouwen gemiddeld ruim 17 jaar last van angstklachten hadden.’

Kunstzinnige therapie is dus effectief bij angststoornissen. Is het onderzoek nu klaar?

‘Zeker niet. Hoewel de resultaten zeer positief zijn, en een heel belangrijke stap, omdat we met deze uitkomsten kunnen laten zien dat kunstzinnige therapie voortgezet zet kan worden als behandeloptie bij angst, is vervolgonderzoek nodig.’


Annemarie Abbing (1979) rondde haar opleiding als kunstzinnig therapeut af aan Hogeschool Leiden, studeerde Diergeneeskunde aan de Universiteit Utrecht en ging daarna werken als onderzoeker. Annemarie is getrouwd en heeft drie kinderen. Dit onderzoek over angst is onderdeel van haar promotieonderzoek naar de effecten en werking van kunstzinnige therapie bij volwassenen met angstklachten.

Meer weten?

Het lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg (AG) aan de Hogeschool in Leiden verricht sinds 2008 praktijkonderzoek. Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief via hsleiden.nl/antroposofische-gezondheidszorg