Stiekem verwachten

Door Redactie - In: column - 4 maart 2021

Column Jan Graafland  |  Beeld Shutterstock


Lopend achter het zaaimachientje zaai ik goudsbloemen. Na meer dan 20 jaar goudsbloemen telen weet ik zo onderhand wel hoe je een veldje goudsbloemen inzaait. Routinewerk. Ik zaai met het beeld voor ogen van een goudsbloemveld zoals ik het ’t liefst zie: een kleine zee van mooi regelmatig staande heldergroene planten met stralend oranje bloemen.

Opeens betrap ik mijzelf erop dat ik niet werkelijk met mijn aandacht bij het werk ben. Ik heb in mijn hoofd al bepaald hoe het moet gaan worden. In plaats van met mijn aandacht hier, in dit moment te zijn. Bij het zaad en bij de bodem. Door het eindresultaat al voor me te willen zien, leg ik keihard een verwachting op zonder rekening te houden met de feitelijke omstandigheden van dit moment. Ik ben me niet bewust van zaad, bodemgesteldheid, tijdstip, weersomstandigheden en misschien ook niet van mijn humeur, dat tot nu toe niet al te opgewekt was vandaag.

Stiekem verwachten

Zo klopt het niet, voel ik, en leg het werk even neer. Ik neem een handje zaad, bekijk het aandachtig en laat het terug in het reservoirtje van de zaaimachine glijden, onder de wens dat dit zaad zich naar zijn eigen mogelijkheden mag ontwikkelen en dat het zich van mij niets moet aantrekken.

Was ik bijna de fout in gegaan, hoewel ik toch heel goed weet dat planten opkweken betekent dat je ze de tijd moet geven alle stadia van hun leven rustig te laten doorlopen en uit ontwikkelen – van zaad, kiempje, wortelstelsel, stengel, blad, bloem tot zaad. Door verwachtingen te koesteren was ik met één grote sprong voorbijgegaan aan het toekomstige potentieel van de plantjes.

De ontwikkelingsmogelijkheden van de plant liggen besloten in het zaad en in de omgevingsomstandigheden. Ik kan daar niks aan veranderen, laat staan dat ik iets kan afdwingen. Het enige wat ik kan doen is de voorwaarden scheppen zodat zaad en bedding goed samenvallen.

Grondbewerken, de goede plek kiezen en het juiste moment. Gedijt het niet, dan ligt dat niet aan de plant, maar heb ik dus iets fout gedaan.

Ik besef: Hoe hoger ik mijn verwachting span, hoe groter de teleurstelling zal zijn bij het niet uitkomen daarvan. Natuurlijk, je mag wel hopen op een goede kieming of een mooie oogst, maar dat is iets anders dan het hebben van een verwachting. Daarmee leg je in feite een claim op de toekomst. En die claim drukt op datgene wat onze verwachting moet waarmaken. Wanneer ik zaai, verwacht ik niets, neem ik mij voor. Ik wens het zaad kracht toe en laat het resultaat in vertrouwen over aan de natuur. Dat schept ruimte, voor mijn gevoel. Vertrouwen is geen garantie voor succes. Als het toch weer om succes te doen zou zijn, wat zou vertrouwen dan anders zijn dan toch weer een stiekeme verwachting?


Jan Graafland verzorgt al twintig jaar de biodynamische Weleda tuin met medicinale planten en bijenvolken in Zoetermeer. Waarneming is misschien wel zijn belangrijkste tuingereedschap.