Honderdbiljoen bacteriën als huisdier

Door Redactie - In: diversen - 20 augustus 2017

Tekst I Kalle Heesen   Fotografie I Heidi Arts


Zo’n 600-700 verschillende soorten bacteriën en schimmels wonen in grote aantallen in en op je lichaam. Samen zijn het er zo’n honderdbiljoen. Tien maal zoveel als je cellen in je lichaam hebt. Ze vormen je ‘microbioom’: een complex evenwicht van lichaamsvreemde ‘beestjes’. Maar toch ook weer niet zó vreemd als de meeste andere bacteriën: ‘Zie het als een soort huisdier,’ legt Aart van der Stel uit, ‘het blijven dieren, maar ze staan dichter bij je dan de dieren in het bos.’  

Honderdbiljoen bacteriën als huisdier

Overal in en op je lichaam zitten bacteriën. Ook na grondig wassen. En dat is maar goed ook, want ze zijn essentieel voor ons. Oud huisarts Aart van der Stel: ‘Er zijn al onderzoekers die stellen dat je zonder deze bacteriën binnen een dag dood zou zijn.’ Of het waar is durft hij niet te zeggen. ´Als je praat over het microbioom moet je in je achterhoofd houden dat je het hebt over dingen die ´waarschijnlijk´ of ´zeer waarschijnlijk´ zijn,´ waarschuwt hij, ‘Dit komt omdat het onderzoeksveld nog vrij nieuw is, en nog niet alles wetenschappelijk is bewezen.’

‘Ingezaaid’ bij geboorte

Je microbioom is dus belangrijk, maar hoe kom je er eigenlijk aan? ‘Dat gebeurt bij de geboorte’ legt Van der stel uit, ‘het eerste wat een baby tegenkomt op zijn weg naar buiten, naar het leven, zijn de bacteriën in de vagina van zijn moeder.’

In dat feit schuilt meer symboliek dan je zou denken: ook in de evolutie waren de bacteriën de allereerste stap tussen dode materie en iets wat op leven ging lijken: ‘Je zou kunnen stellen dat bacteriën symbool staan voor het leven. En dus, als je het antroposofisch wil bekijken, voor de etherkrachten.’

Tijdens de geboorte krijgt de baby onbewust die bacteriën in zijn of haar mond, waarna ze hun weg vervolgen naar de rest van de darm. Hetzelfde geldt voor de dikkedarmbacteriën van de moeder waar een baby tijdens bevalling toch altijd mee in aanraking komt. ‘Voor baby’s die geboren worden met een keizersnee is dit een probleem,’ legt Aart van der Stel uit. ‘Die missen dit moment van ‘inzaaien’ van het microbioom. Er zijn klinieken waar ze bij een keizersnee daarom al wat vaginaal slijm bij de baby in de mond doen. Maar ook dit is nog in de onderzoeksfase.’

Dikkedarm maakt carrière

Ondanks dat je microbioom overal op en in je lichaam zit, zijn er wel een paar ‘hotspots’. Zo leven er veel bacteriën in je mond en bij vrouwen in hun vagina. In de dikke darm is echter de grootste concentratie bacteriën te vinden. In die anderhalve meter darm zit tot wel anderhalve kilo bacteriën! En die zitten daar niet voor niks.

‘De dikke darm is volop carrière aan het maken,’ grinnikt Van der Stel, ‘als je als onderzoeker op dit moment geen onderzoek doet naar het microbioom in de dikke darm dan tel je eigenlijk niet meer mee.’

Waar de dikke darm vroeger gezien werd als het laatste stukje darm wat eigenlijk alleen diende om het water uit de poep te halen, zien onderzoekers nu dat het niet goed functioneren van het microbioom, de nieuwe benaming voor dat wat vroeger de darmflora heette, mogelijk invloed heeft op het ontstaan van ziektes als MS, Parkinson, overgewicht, diabetes, autisme en zelfs depressie!

Ook de appendix, waarvan jarenlang gedacht werd dat het een restant was uit de evolutie, krijgt daarin zijn rol toebedeeld: ‘Je appendix is eigenlijk altijd een beetje ontstoken. Vroeger werd die er daarom, bijvoorbeeld bij mensen die naar Canada emigreerden, weleens preventief uitgehaald. Nu zien we dat het waarschijnlijk de kraamkamer is van alle darmbacteriën.’

Hóe het microbioom invloed heeft op MS, Parkinson en diabetes is nog niet helemaal bekend. Zo blijkt uit onderzoek met muizen wel dat wanneer je de darmbacteriën van muizen die van nature makkelijk dik worden, verwisselt met die van muizen die slanker blijven, de ‘dikke’ muizen opeens slank worden. Hoe dat precies kan is nog de vraag.

Waar wel duidelijkheid over is, is dat de bacteriën veel stoffen maken die je keihard nodig hebt. Vitamine K, voor de bloedstolling, is al wat langer bekend, maar nu blijkt dat ze ook meer dan 90% van het benodigde serotonine maken. Het stofje wat wel omschreven wordt als het ‘gelukshormoon’ en waarvan een gebrek een belangrijke rol speelt bij depressies.

Bacteriën kun je voeren

Ondanks dat er een innige wederkerige samenwerking lijkt te zijn tussen de bacteriën en jou als mens, vragen de bacteriën wel wat terug voor hun werk. Je moet ze ‘voeren’: ‘Vroeger werden mensen met darmproblemen aangeraden om meer vezels te eten omdat dat hun darmperistaltiek zou bevorderen,’ legt Van der Stel uit, ‘Onzin! Zo weten we nu. Het bevordert deze peristaltiek helemaal niet of maar een beetje. Wat er gebeurt is dat je als mens die vezels, wat eigenlijk hele lange suikers zijn, niet kan verteren. Die komen in zijn geheel in je dikke darm aan. De bacteriën die daar zitten kunnen ze echter wél verteren en gebruiken dit als voedsel.’

Dat darmproblemen kunnen verdwijnen door je microbioom te voeden, roept de vraag op hoe je deze bacteriën het best kunt verzorgen. Van der Stel legt uit: ‘Bijna 50 procent van wat je eet, gebruik je niet direct zelf, maar is voedsel voor de bacteriën in je lijf.’ Het is voor hen wel belangrijk wát je eet: ‘Suiker is vergif voor ze,’ stelt de oud huisarts: ‘Net zoals chemische bestrijdingsmiddelen en antibioticaresten in bijvoorbeeld vlees. Biologisch eten is dus wel het minste wat je zou moeten doen!’

Antibioticakuur is een klap voor darmbacterie

Ook een antibioticakuur is een enorme klap voor je bacteriën: ‘Je ziet dat door de generaties heen het microbioom van de mensen steeds zwakker wordt. Dat opa van tachtig ondanks jarenlang roken nog altijd leeft, zou wel eens kunnen komen door zijn sterke microbioom. Nu gebeurt het regelmatig dat kinderen vóór hun eerste jaar al drie antibioticakuren hebben gehad! Dat is een enorme klap voor deze nuttige darmbacteriën.’

Van antibioticakuur één, is de stap naar kuur twee sowieso erg klein: ‘De antibiotica snapt niet welke bacterie goed is en welke niet. Hij valt ze gewoon allemaal aan. Doordat het evenwicht in je microbioom daarmee verstoord raakt, kunnen schadelijke bacteriën de overhand krijgen. Daardoor kun je ziek worden en heb je wellicht een tweede kuur nodig, waardoor het evenwicht nog meer wordt verstoord. Zo blijf je bezig,’ aldus Van der Stel ‘Er zijn onderzoeken waar ze deze cirkel hebben doorbroken door mensen een ‘poeptransplantatie’ te geven met poep van gezonde mensen. Het bleek in bijna alle gevallen te werken!’

Het lijkt dus helemaal niet zo gek om, naast goed voor je lichaam, ook goed voor je microbioom te zorgen. Om de vergelijking van Aart van der Stel over het microbioom als huisdier, door te trekken: een hond als huisdier kan je mooi beschermen tegen de wolven!

s I   Meer lezen over het belang van buitenspelen? En over hoe het zit met de relatie microbioom-etherlichaam?
Kijk op www.antroposana.nl/91


Wie is Aart van der Stel?

Aart van der Stel heeft tot zijn pensionering in 2007 als antroposofisch huisarts gewerkt te Rotterdam en Vlaardingen. Daarnaast is hij vele jaren werkzaam geweest voor mensen met een verstandelijke beperking en als schoolarts op Vrije Scholen. Hij heeft interesse in en onderzoek gedaan naar de spijsvertering. Van der Stel is 66 jaar en vader van 5 kinderen.