Wij hebben leren zien wat voor kind Pepijn is

Door Redactie - In: geboorte, opvoeden - 21 november 2013

Tekst I Petra Essink   Foto I Heidi Arts


Stroom geeft het woord aan Judith Jansen (35), moeder van Pepijn (5). Pepijn vertoonde vanaf ongeveer zijn tweede jaar een vertraagde taalontwikkeling en was vaak onrustig. 

Wij hebben leren zien wat voor kind Pepijn is

Judith: ‘Pepijn werd 10 weken te vroeg geboren. Vanaf dat eerste kwetsbare begin keek hij met twee wijd opengesperde oogjes de wereld in. Hij was opvallend alert. Het bleek lastig voor hem om in slaap te komen, hij was snel afgeleid met voeden en kon zichzelf moeilijk tot rust brengen.

In grote lijnen ontwikkelde hij zich goed, het kruipen, lopen en spreken leerde hij volgens de normale ontwikkelingsmijlpalen. Toch merkten we rond zijn tweede jaar dat zijn taalontwikkeling achter bleef. En ook het spelen met vriendjes verliep niet vanzelfsprekend. Hij reageerde soms overprikkeld en duwde kindjes weg als het hem teveel werd.  Andere kinderen begrepen vaak niet wat hem frustreerde. Wij maakten ons zorgen en klopten in eerste instantie aan bij een logopediste die één op één spraakoefeningen met hem deed. Dat ging helemaal niet. Pepijn deed niet mee en trok zijn eigen plan.

Intussen waren wij overgestapt van een regulier naar een antroposofisch kinderdagverblijf, wat voor ons een wereld van verschil betekende. De warme aandacht en liefdevolle acceptatie die wij daar ervoeren raakten ons. Wij zagen dat Pepijn het hier veel meer naar zijn zin had. Op een gegeven moment zijn we met Pepijn naar het antroposofisch kindertherapeuticum in Zeist gegaan. Hier werden de problemen die we met Pepijn ervoeren anders benaderd. Er werd ons verteld dat om goed te kunnen spreken je eerst ‘goed in je lijf moet zitten’. De te grote openheid van Pepijn bleek een teken te zijn dat dit bij hem nog te weinig het geval was. Hierdoor lukte het hem niet voldoende om zintuigindrukken te verwerken en te integreren. Vandaar de onrust. De ingang hier was, naast het stimuleren van de spraak, vooral het oefenen van het fysieke voelen en waarnemen. Pepijn kreeg en krijgt nog steeds de zogenaamde sensorische integratietherapie van therapeute Lonneke. Zij nodigt hem uit zijn lijfje te voelen, bijvoorbeeld door het hangen in een hangmat en van daaruit taalspelletjes en andere opdrachten te doen. Of het spelen met grote hoeveelheden bonen op een groot kleed. Na een half jaar oefenen begonnen we een duidelijke vooruitgang te zien bij Pepijn. Hij ging beter spreken en hij had steeds meer momenten van gerichte focus en aandacht. En veel minder gefrustreerde momenten. Wij als ouders kregen handvatten aangereikt hoe we Pepijn in moeilijke momenten weer tot rust konden laten komen. Een half uurtje spelen met water in de wasbak tijdens familiebezoek of een wandelingetje in de natuur bleken goed te werken. Een kind dat zich niet ontwikkelt volgens de algemeen geldende normen kan je als ouder behoorlijk onzeker maken. De gesprekken in het therapeuticum en ook de holistische visie op de ontwikkeling van kinderen hebben ons vertrouwen gegeven in de weg die Pepijn gaat. Wij hebben leren zien wat voor kind Pepijn is en wat hij van ons nodig heeft. Daarnaast zijn wij verrijkt met een nieuwe manier van kijken naar ontwikkeling en voelen wij ons in ons ouderschap bekrachtigd.’


Therapeute Lonneke Winters: ‘De antroposofische sensorische informatieverwerkingstherapie is zo’n 9 jaar geleden ontwikkeld vanuit de reguliere vorm van deze therapie. Het verschil is te vinden in de visie ten aanzien van de zintuigen en de grotere subtiliteit van de aangeboden speloefeningen. De antroposofie gaat uit van 12 zintuigen, in plaats van 7. De therapie is gericht op het in balans brengen van de onderste vier zintuigen: de tastzin, de levenszin, de bewegingszin en de evenwichtszin. (Zie verder ‘De twaalf zintuigen’ van A. Soesman). Een harmonieuze ontwikkeling van deze zintuigen vormt de basis voor verdere ontwikkeling. De aangeboden spelvormen, waarbij ik gebruik maak van natuurlijke materialen, zijn lichaamsgericht. De meeste kinderen die hier komen, waarvan het merendeel  ‘te kampen’ heeft met een te grote openheid  en hooggevoeligheid, zetten binnen 8 à 10 behandelingen al grote stappen in hun ontwikkeling; ze worden rustiger, reageren minder geprikkeld en maken beter contact.’

s  I Lonneke Winters - www.kindertherapeuticum.nl