Verse vis versus vetzuren

Door Redactie - In: voeding - 19 april 2013

Tekst I Aad Meijer


Gezondheid op eigen kracht of met voedings­supplementen

Verse vis versus vetzuren

Gezonde voeding houdt de gemoederen bezig. We zijn voor het lapje gehouden met rundvlees dat paardenvlees bleek te zijn. Calcium toevoegen aan melk zou goed zijn voor het gebit en scholen willen ongezonde voeding voor kinderen verbieden. Maar ook: zorginstelling Naardereem stapt over op biologische maaltijden. Dat scheelt volgens dagblad Trouw 60.000 euro per jaar aan voedingssupplementen: pillen en capsules met vitaminen, sporenelementen, antioxidanten, meervoudige onverzadigde vetzuren enzovoort. Voor energie, extra vitaliteit of rust. De schappen van de drogist staan er vol mee. Maar zijn die supplementen wel nodig? Is af en toe een haring eten niet beter dan het innemen van visoliecapsules?  

Visie op voeding en gezondheid

Gezondheid draait om levenskracht. Niet voor niets zit de zon in dat woord. De wetenschapper kan echter niet veel met die levenskracht. De visie op de natuur is in deze tijd bijna uitsluitend gericht op de eigenschappen van de samenstellende stoffen; de onderzoeker onderzoekt de kleine deeltjes. Dat kunnen calorieën zijn of vitaminen, eiwitten, vetten,  koolhydraten, mineralen en talloze andere bestanddelen die gezond of juist schadelijk werken. Echter research gaat zelden over de samenhang tussen de onderdelen. Zo kun je de vraag stellen of volkorenbrood van meel van de hele graankorrel gelijkwaardig is aan een brood bereid uit witte bloem met toegevoegde zemelen. Het eerste is een volkoren, het tweede een bijgebruind witbrood.

We zijn het geheel kwijtgeraakt. Als we natuurproducten ontleden, verbreken we de context. En daarin zit nu juist de kracht van het leven: de levenskracht. En die ‘vitaliteitskrachten’ verliezen we maar al te gemakkelijk uit het oog omdat er geen wetenschappelijk concept voor is.

TNO

Nard Clabbers, voedingsdeskundige verbonden aan het TNO in Zeist, omschrijft gezondheid als ‘het vermogen om je aan te passen aan de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven’. Die definitie is al een stap vooruit ten opzichte van de vroegere: ‘gezondheid is de afwezigheid van ziekte’. De antroposofische menskunde gaat een stap verder.

Rudolf Steiner ontwikkelde begin vorige eeuw een bruikbare hypothese van het etherlichaam of levenslichaam. Dit lichaam wordt gezien als een van leven doortrokken systeem dat er voor zorgt dat in een organisme de bestanddelen bijeengehouden worden. Je zou het een biosysteem kunnen noemen. Zonder dat systeem verdwijnt het leven, valt een organisme uiteen in zijn chemische bestanddelen. Dat verschil tussen leven en dood is waar te nemen bij alle organismen. Het proces van sterven zet in als het etherlichaam geleidelijk loskomt uit de fysieke delen. Dan verlept of verdort een plant. Bij hogere organismen spreken we na het sterven van een stoffelijk overschot.

Door te eten belanden vreemde, levende stoffen, in de vorm van al dan niet bewerkte planten en dieren, in het eigen organisme. Om deze stoffen ‘in te lijven’, te verteren, moet een weerstand overwonnen, een krachtsinspanning geleverd worden. Het overwinnen van de weerstand van het vreemde leven in de menselijke spijsvertering en stofwisseling versterkt de eigen levenskracht. De arbeid die de mond, maag, alvleesklier, gal, darm, lever, milt, het hart en de nieren moeten leveren, versterkt de afzonderlijke organen en daarmee het gehele etherlichaam.

De plant als levend voorbeeld

Het etherlichaam verzorgt niet alleen de samenhang van een plant, maar ordent ook de omloop van voedingsstoffen, uit lucht, licht en de bodem. Dat uit zich in cel- en weefselvorming, groei, rijping en voortplanting. Elke plant is een ‘levenskunstenaar’.

Voeding is gezond als het de opbouw van het etherlichaam bevordert. En dat lukt het best als we levensmiddelen opnemen die zijn voorgekomen uit een gezond groeiproces. Als het even kan vers want dan zit het leven er nog maximaal in of zó verwerkt dat weinig levenskracht verloren is gegaan. Een plant doet ons haar levensproces vóór. Ons eigen organisme blijft door middel van de stofwisselingsorganen bij haar in de leer.

Veel land- en tuinbouwproducten hebben een verzwakte vitaliteit. De oorzaak daarvan ligt onder meer in het gebruik van natuurvreemde stoffen zoals kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Deze werkwijzen zijn meer gericht op volume dan op kwaliteit. Geen wonder dat er behoefte is ontstaan aan supplementen die het gebrek aan gezond voedsel moeten aanvullen. Biologisch geteelde groenten en fruit brengen levenskracht op tafel. Van nature zitten daar alle vitaminen, mineralen en sporenelementen in die we – op deze manier gedoseerd – kunnen opnemen.

Voedingssupplementen

In geval van ziekte en gebrek kan het nodig zijn enige tijd aanvullingen op de voeding te gebruiken. De arts kan versterkende middelen als vitaminen, mineralen en sporenelementen voorschrijven. Deze supplementen zouden zo natuurverwant mogelijk moeten zijn, want ons lichaam wil levenskrachten opnemen, niet slechts de synthetische chemische stoffen. Dus liever vette vis in plaats dan capsules met visolie en beter sinaasappels of kiwi’s dan vitamine C pillen. Net zoals live muziek anders ‘binnenkomt’ dan die via een IPod of CD, geldt dat ook voor de opname van stoffen-in  natuurlijke-samenhang ten opzichte van afgezonderde stofjes. Bij medicijnen ligt dat anders. Daar kan een geïsoleerde stof het leven redden van een patiënt. Tot die weer aan zijn eigen gezonde weerstand kan werken.

Marktwerking en reclame

Het vraagt veel ervaring om een persoonlijke verhouding te ontwikkelen tegenover voeding en gezondheid. Er zijn zoveel uitgangspunten. Zonder eigen richtsnoer word je als consument een speelbal in het immense woud van informatie en producten. Er is een toenemende trend naar biologische en gevarieerde voeding. In de eerste helft van 2012 zijn de consumentenbestedingen in Nederland aan biologische voeding met 11,8% gestegen. De verwachting is dat in de tweede helft van het jaar de grens van 1 miljard euro omzet wordt bereikt.

Wat gezonde voeding naast een gezonde leefwijze zou behoren te doen is: het organisme sterker  maken, zodat het in de toekomst geen supplementen meer nodig heeft.

Met dank aan Johannes Kingma, diëtist, Bad Liebenzellen en Sander de Steur, antroposofisch huisarts, Eindhoven


s I  Literatuur: TNOtime, voorjaar 2013 |     Gezondheid, ziekte en genezing, Rudolf Steiner 1924 |    www.bionext.nl/zakelijk/feiten-cijfers