Anders vasthouden

Door Redactie - In: diversen, geboorte - 20 december 2019

Tekst Manon Berendse | Beeld Marjoleen Klaver


In haar knusse huisje achter de molen van Arnemuiden schenkt Mirjam van Es twee mokken thee in. Ze las op Facebook dat deze Ita zou gaan over sterven en nieuw leven en zocht contact. ‘We kunnen nog veel meer bewustzijn creëren rondom de dood. Het mag allemaal zo veel zachter. Melle heeft mij echt op een spoor gezet. Ik wil mijn ervaringen wel delen, hoe spannend ik dat ook vind.’ Melle overleed in haar buik, toen hij 27 weken jong was, op 8 mei 2017. Maar hij is er nog altijd.

Anders vasthouden

In de meivakantie voelde Mirjam dat er iets veranderde in het contact met haar tweede kindje in haar buik. Het voelde stiller. Haar anders zo beweeglijke mannetje was minder aanwezig leek het wel. Met tegenzin ging ze met vakantie naar Frankrijk. Ze voelde zich onbestemd. ‘Ineens werd het belangrijk voor me om een muziekdoosje te vinden als souvenir. Dat viel niet mee, maar lukte uiteindelijk toch. Eenmaal terug ging ik langs bij mijn verloskundige, die moeite had met het beluisteren van het hartje. Toen wist ik eigenlijk al dat het mis was. We belandden in het ziekenhuis. Tussen de onderzoeken door maakten mijn vriend en ik een wandeling. Langs de rand van het pad streek een roodborstje neer. Het hipte met ons mee, een heel eind. Voor mij begon de wereld toen te vertragen. Ik had het gevoel dat mijn broertje naar me toe kwam. Thijs overleed toen ik 2,5 jaar was. Mijn leven lang al associeer ik mijn broertje met een roodborstje. Dit was zo wonderlijk.’

Terug in het ziekenhuis was er weer een nieuwe ploeg van verloskundige, verpleegkundige en gynaecologe. Weer werd er een CTG gemaakt. ‘Deze verloskundige liet ons zien dat er een laagje vocht tussen zijn huidje en zijn spierweefsel zat. Zij vertelde ons dat de kans op overlijden aanwezig was. Vanaf dat moment zijn we ons kindje Melle gaan noemen. Melle Thijs. Het plan was om de volgende morgen naar Rotterdam te gaan, voor specialistischer zorg. Ik kreeg een eenpersoonskamertje op de kraamafdeling van het ziekenhuis. Daar lag ik met mijn verdriet, met om me heen de geluiden van pasgeboren kindjes en kersverse moeders. Ik denk dat ik daar mijn missie heb opgedaan om meer bewustzijn te willen creëren rondom het afscheid nemen van ongeboren kinderen. Hoe mooi zou het zijn als er op zo’n moment iemand opgepiept kon worden om naast je bed te komen zitten?’

Redden of loslaten

‘Mijn moeder kwam met onze driejarige Luna langs. Ze verontschuldigde zich voor het uitpakken van onze vakantiespullen, maar het was een ingeving geweest. Ze gaf me het muziekdoosje. Ik speelde het af op mijn buik en voelde hoe Melle erop reageerde. Hier was die zoektocht in Frankrijk dus goed voor geweest. Maar zijn toestand verslechterde. ’s Avonds besloot de gynaecologe dat Melle gehaald kon worden met een keizersnede en dan per helikopter naar Rotterdam gebracht kon worden voor specialistischer zorg. Zonder ons – in de helikopter was slechts plaats voor verplegend personeel. We kregen vijf minuten bedenktijd. Dat lijkt onwaarschijnlijk kort, maar we hadden er genoeg aan. Ik voelde heel sterk dat dit niet de bedoeling was, ook omdat ik voor mijn geestesoog een groep engelen zag staan in kleurrijke gewaden. Ze leken te wachten op wat komen ging. Ik werd er rustig van en overlegde met mijn vriend. Zo heftig ingrijpen met grote kans op alsnog overlijden, zonder dat wij bij ons kindje konden zijn – was dat wat we wilden? We kozen ervoor om samen te blijven en te aanvaarden dat Melle zou overlijden in mijn buik. De gynaecologe kon het niet geloven en piepte de neonatoloog op, eigenlijk om ons op andere gedachten te brengen. Hij gaf eerlijk antwoord, wij heroverwogen. Zeer waarschijnlijk zou Melle binnen enkele uren, hooguit dagen, komen te overlijden. De keizersnede, het intuberen, medicatie, en wij zo ver weg, voor wie zouden we dat dan allemaal doen? Voor Melle? Toen we aangaven dat we bleven bij ons besluit, zei de neonatoloog: “Ik mag niet sturen, maar ik denk dat jullie hem een hoop pijn en ellende besparen.” Later heeft de gynaecologe ons verteld dat deze dag haar bij zal blijven. Ons besluit had haar aan het denken gezet. Ze zei: “We worden zo opgeleid om altijd maar levens te redden, dat ik me gewoonweg niet realiseerde dat er nog een andere kant is.”

Kinderen leven op een natuurlijke manier met de essentie van leven en dood – dat hoeven we niet voor hen weg te houden

We gingen de nacht in en bleven in het ziekenhuis. Al die tijd heb ik berusting gevoeld die de engelen me gaven. Ik sliep niet. Toen tegen een uur of vijf de vogels begonnen te zingen, kroop Melle naar mijn hart toe. Dat was het moment waarop ik hem kon zeggen dat het goed was dat hij ging. Wat me bij mijn broertje vele jaren heeft gekost, lukte me nu wel: ik liet mijn zoontje los. Toen werd het stil in mij. Twee dagen later werd Melle geboren.

Samen zijn

‘Daar lag ik dan, met mijn mooie mannetje naast me op de kraamafdeling. Het liefst had ik de deur dichtgedaan en was ik er gebleven, maar er was een doortastende verpleegkundige die zei: “Dit is geen goede plek voor jullie. Jij gaat naar huis, mét Melle.” Ze wikkelde hem in een zacht t-shirt van mij en dacht mee over het uit de weg ruimen van pijnlijke zaken als kraamdozen, tijdschriftabonnementen en een stille koelinstallatie. Ook onze kraamhulp was geweldig. Ze zorgde goed voor mij, maar controleerde me niet meer dan nodig. Ze begroette Melle iedere dag. Luna werd liefdevol opgevangen door mijn moeder en door haar peuterjuffie. We waren nog maar een paar maanden op de vrijeschool, alles voelde nog een beetje nieuw, maar wat hebben we een steun gehad aan de mensen daar. De juffen letten extra goed op Luna, er was een plek in de klas voor het geboortekaartje van haar broertje, er waren bloemen en er brandde lange tijd een kaars. Zo kreeg ons verdriet een vanzelfsprekende plek in de klassengemeenschap. Op de dag van de uitvaart werden alle peuters eerder opgehaald, zodat alle juffen bij ons konden zijn. Dit soort warmte kenden we niet, het was zo troostrijk. Ik denk nog vaak aan wat de juf van Luna me zei in die tijd: “Jouw moederhart is gebroken, maar spiritueel kun je trots zijn en het accepteren.”

Natuurlijke essentie

‘Dat probeer ik ten volle te leven: ik heb verdriet, maar ik werk er ook mee. Als energetisch therapeut voel ik me vrijer en kan ik Melle nog altijd om me heen voelen. Hij is er – ook voor Luna. Zij staat nog zo dicht bij de wereld waar hij naar is teruggekeerd. Nu ze ziet dat andere kinderen hun broertje of zusje naar de peuterklas kunnen brengen, realiseert ze zich dat haar band anders is, maar zeker niet minder diep. Kinderen leven op een natuurlijke manier met de essentie van leven en dood – dat hoeven we niet voor hen weg te houden. We kunnen er alleen maar van leren. Luna heeft haar broertje geaaid en gekust, ze gooide aarde op zijn kistje en was furieus toen de kist gesloten werd. Voelden we dat niet allemaal? Manu Keirse, klinisch psycholoog, heeft me geleerd dat rouwen niet gaat om een verlies verwerken. Je leert dat wat je dierbaar is anders te vast te houden. Zijn boeken waren al belangrijk voor me in mijn praktijk, maar sinds ik een post-HBO opleiding volg over het begeleiden van rouw en verlies, begrijp ik ten volle wat we daarin nog kunnen ontwikkelen. Bijvoorbeeld dat protocollen richting kunnen geven, maar dat werken vanuit je hart je verder kan brengen – ook als samenleving. Het hoeft niet strikt en hard te zijn, het mag allemaal zo veel zachter.'