Fake food irriteert onze darm

Door Redactie - In: diversen, voeding - 28 april 2018

Tekst I Kalle Heesen   Fotografie I Heidi Arts


Poepen. Iedereen doet het, maar voor veel mensen blijft het een moeilijk thema om over te praten. Dat beaamt ook dokter Rob Brunsting, die al twintig jaar lang gespecialiseerd is in aambeien, de endeldarm, de anus en poep. Welkom in de wereld van de ‘proctologie’. 

Fake food irriteert onze darm

‘Ik wilde weer wat met mijn handen doen,’ zo motiveert arts Rob Brunsting zijn reden om zich in de proctologie, het vakgebied dat zich richt op het laatste stukje darm, te verdiepen. Daarvoor was Brunsting jaren lang antroposofisch huisarts, maar dat was voor hem net iets te veel alleen maar zitten en praten.

Fake food

In onze samenleving hebben veel mensen last van darmklachten, maar Brunsting ziet dat anders: ‘Het is juist bijzonder dat het er niet veel méér zijn!’ Als voorbeeld noemt hij het ‘Prikkelbare darmsyndroom’, één van zijn aandachtsgebieden. ‘Op dit moment hebben we fake news,’ aldus de arts, ‘Daarvan raken we in de war. Wat is echt, en wat niet? Onze darmen hebben dit probleem al jaren. Legio voedingsmiddelen doen zich voor als iets wat ze helemaal niet zijn!’ Denk bijvoorbeeld aan aardbeienijs, waar je op de ingrediëntenlijst nauwelijks nog een aardbei vindt. ‘Dat onze darmen daar de kluts van kwijtraken, is niet zo gek.’

In je hoofd

‘Is het niet merkwaardig, dat je je eten in je hoofd stopt?’ vraagt Brunsting retorisch. ‘Zou het niet logischer zijn om het direct in je buik te stoppen? Waarom doe je het eerst in je hoofd, en zakt het daarna naar je buik?’ Na een korte stilte legt hij uit: ‘Omdat eten niet alleen omgezet moet worden, maar het moet eerst worden afgebroken. Daarvoor hebben we ook onze zenuw-zintuig kant nodig (zie voor uitleg van dit systeem in het artikel op pagina 7). Dus ons hoofd, met onze zintuigen waarmee we zien, ruiken, proeven – daarmee begint het verteringsproces.’

Verteren is dus niet alleen iets van onze darmen. In de darmwand en rond de darmen zitten vele zenuwen en die hebben het zwaar: ‘We krijgen op dit moment meer informatie in één dag, dan we vroeger in een jaar te
verwerken kregen,’ stelt Brunsting, ‘je hebt dus een overbelast hoofd, in je darmen zenuwen die moeite hebben het eten af te breken én een darm die dingen naar binnen krijgt die niet kloppen met wat we dachten in onze buik te stoppen. Het is een wonder dat we nog in leven blijven!’

Voeding, voeding, voeding

Eén van de eerste dingen die Brunsting van patiënten wil weten, is dan ook hoe hun eetgedrag is. Het kan zomaar dat iemand die bij hem komt met een klacht over aambeien, naar huis gaat met enkel een dieetadvies. ‘Aambeien zijn vaak het gevolg van iets, zelden de oorzaak,’ weet Brunsting. ‘En als patiënten vervolgens terugkomen, vraag ik natuurlijk of het gelukt is om anders te gaan eten. Dat is voor mensen vaak nog heel lastig, dat vraagt veel wilskracht!’

Als Rob Brunsting een dieetadvies geeft, is dat altijd een persoonlijk advies, omdat ieder mens anders is. Sommige zaken keren terug in zijn advies, om bijvoorbeeld melk en/of tarwe weg te laten. Melk is volgens hem vaak een oorzaak van klachten. Volgens de arts geen wonder: ‘Heb je wel eens een koe uit de 16e eeuw vergeleken met een koe uit de huidige tijd? Dat beest van tegenwoordig is compleet uit zijn voegen gegroeid. Als het product dat de koe produceert net zo uit zijn ‘voegen’ is, dan is het niet zo vreemd, dat onze darmen daar moeilijk op reageren. Ik zou dan ook een oproep doen tot eerlijke, het liefst bio-dynamische voeding.’

Géén wc- papier

Niet alleen de voeding zou volgens Brunsting natuurlijk moeten zijn, maar ook de verzorging van onze billen na wc-bezoek. De arts wordt niet blij van wc-papier: ‘Weet je hoeveel chemische stoffen er in dat super witte papier zitten? En gerecycled papier is voor onze onderkant niet beter, want daar zitten nog veel inktresten in. Het beste is je billen af te spoelen met water, of afvegen met een nat washandje. Veel mensen hebben jeuk en irritatie omdat ze maar blijven poetsen met wc-papier, vochtige doekjes en weet ik wat al niet meer. Niet doen!’ is zijn advies.

Bij Brunsting komen mensen met allerlei klachten rond hun darmen en hun anus, waaronder aambeien, tenminste dat denken de mensen vaak zelf: ‘Zodra daar onder iets zit of bloedt, denken mensen dat het aambeien zijn, want dat kennen ze. Die beperkte kennis is niet alleen hun eigen schuld. Er zijn nog steeds (huis)artsen die zich beperken tot voorzichtig de billen uit elkaar te doen en te roepen dat het aambeien zijn en dat daar een zalfje voor is.’

Bij Brunsting gaat zo’n onderzoek iets zorgvuldiger. Bij hem komen patiënten in een soort stoel te zitten. Ze hoeven alleen hun broek een klein stukje te laten zakken, waarna de arts de hele stoel naar achter kantelt. Op die manier heeft hij optimaal zicht op de billen.

Vertrouwen

Na een eerste blik op de anus gaat Brunsing over tot het inwendige onderzoek. Eerst met een vinger en later met een proctoscoop, een kijker, waarmee de arts het eerste stuk darm kan bekijken. Brunsting ziet zo onder meer of de aambeien vergroot zijn, of het darmslijmvlies geprikkeld is, of dat er sprake is van een verzakking.

Brunsting kan zich verbazen over de geringe kennis die er is op het gebied van ontlasting. ‘Ga naar de wc als je aandrang voelt,’ aldus Brunsing. Niet ophouden, niet forceren. ‘En alles tussen drie keer op een dag poepen en één keer in de drie dagen is in het algemeen goed, hoor.’

Waarom alles omtrent ontlasting en billen zo gevoelig ligt, weet de arts ook: ‘Je bekkenbodem vormt de wortel van mensen, het is je basis. Je staartbeentje eindigt daar niet voor niks. Het is het gebied van vertrouwen in het bestaan en in veiligheid. Als mensen een beschadigd basisvertrouwen hebben, zie je vaak dat er een verhoogde gevoeligheid is voor problemen in je buik- en bekkengebied.´ Dan kan het helpen daar aandacht aan te besteden.

Wie is Rob Brunsting:

Dokter Brunsting is geboren in 1952 en heeft in 1976 aan de Leidse Universiteit de studie geneeskunde afgerond. Na werk in onder meer de chirurgie is hij huisarts geworden en heeft hij ruim twintig jaar als antroposofisch arts een huisartsenpraktijk in Nijmegen gehad. Naast verdieping in de orthomoleculaire geneeskunde heeft hij zich vanaf 1994 toegelegd op spataderen en de proctologie.

 

                s I www.praktijkbrunsting.nl